PÍSNIČKA / HET LIEDJE hudba J. Hutka, text J. Hutka, 1982
Vandaag is het maandag mijn vrouw heeft gezegd
Jij bent een zanger en dat is niet slecht
Probeer het liedje nu eindelijk maar te schrijven
Je kan toch niet verder zwijgende blijven
Wat denk je, lieve meid, antwoorde ik
Jij begrijpt er niets van, wees nu maar redelijk
Nederland is het land voor zaken en schepen
Voor wie zou ik eigenlijk dat liedje schrijven
Gisteren, zei zij toen, heb ik het gezien
Op de straat liep een heel arm gezin
Vrolijke mensen, ook zonder kans
Sprekend, net als jij, een poetisch Nederlands
Ik ben er niet niet zeker van wat je bedoelt
Waarvan ik zeker ben is dat je iets voelt
Dus ga ik naar de kroeg inspiratie halen
Mijn hoofd afbeulen met vreende talen
Het eerste pilsje had een grote hoed
Na het tweede pilsje verloor ik mijn moed
Alstublieft, jenever, heb ik gevraagd
En tegen middernacht had ik er al acht
Nu sta ik op straat, geen liedje d´r bij
Nederland, het platte land, de nacht is voorbij
Vreemdeling, vluchteling, is dat niet gek?
Nederland mooi land maar overal een hek
De hemel is vol wolken, geen sterren te zien
Twee plus twee is vier dus vijf plus vijf is tien
Ik wil graag teruggaan, maar waar naar toe?
Was is maar vrolijker maar ik weet niet hoe